Deel 3: Wie is mijn vader?

Hoe moet ik beginnen? Hoe kan het dat ik nu, een dag later, weer in het luchtledige tast voor wat betreft mijn vader? Ja, er heeft zich een tweede mogelijke vader aangediend. En met deze familie is er misschien ook nog wel een derde of een vierde? En wat zegt dat over mijn moeder…. Dat had ik nu echt nooit van haar verwacht! Ik bedoel, ze is een stuk ruimdenkender dan mijn vader… ik bedoel de vader die me heeft grootgebracht in een Schaduw, maar ik vond haar niet het type van aanpappen met jan en alleman, laat staan met ze het bed in te duiken! Conclusie: ik ken mijn moeder slecht. En mijn vader…. Welke vader? Voorlopig hoef ik niet terug naar mijn Schaduw, ik moet dit eerst goed op een rijtje krijgen. Of moet ik terug om te gaan zeggen dat ze zich geen zorgen hoeven maken? Als ik het goed begrijp is een dag in Amber zoiets als een jaar in een Schaduw. Ik zal eens vragen hier hoe dat precies zit.

Oh ja, ik zou het bijna vergeten… maar omdat ik het Patroon heb overleefd, ben ik zeker een Amberiet. Dat patroon lopen was niet leuk. Julian had het me uitgelegd en me gewaarschuwd, maar het is vreselijk vermoeiend ook op geestelijk gebied. Er zijn zeven sluiers (een soort bochten) waar je doorheen moet. Dat was zwaar, zo zwaar. Bij de laatste had ik het idee dat ik het niet zou halen. Ik bleef maar herhalen, als een mantra in mijn hoofd, “doorgaan, doorgaan!”

Ik zal in het kort opschrijven wat er de afgelopen tijd is gebeurd en gezegd.

Tijdens het gesprek met Random kwam er een kerel binnen rennen die vertelde dat Amber werd aangevallen bij de Gouden Cirkel. Door Dalt. Random zuchtte, verklaarde dat deze dat regelmatig deed, zonder resultaat. Dalt is ook een familielid en valt aan om zijn moeder te wreken.
Verder zal Random aan Fiona vragen om van ons een kaart te maken. We hebben een deck van de familie van hem gekregen. Er zit macht aan het pak kaarten, het voelt koud aan.

Droppa ma pence is de niet-leuke nar van de familie. Heb hem even gezien en hij is echt ‘not done’.

Random had trouwens ook een opdracht voor ons: we moesten maar eens wat gaan hengelen in de Abyss. Dat schijnt het gat te zijn waar Brand en Deirdre in zijn gevallen. Als we iemand opvissen met rood haar moeten we die weer terug gooien. Hij denkt dat we interessante spullen kunnen opvissen. Hij zal ook iemand regelen die met ons mee gaat.
Waarom heb ik hier nu niet zo’n zin in? Rexenor en Ronardo echter zien het wel zitten.

Daarna heb ik het paleis beter bekeken. Er worden nieuwe gedeeltes gebouwd. Er zijn diverse gedeeltes met een andere stijl inrichting. Zo zag ik van Egyptisch en Azteken tot aan modern. Ook waren er gedeeltes in een vreemde stijl ingericht. En er is een binnentuin met vogels. Van allerlei soorten, wel 200 denk ik.
De rood/oranje vogel met het vuurrode snaveltje trok mijn aandacht. Het leek er op dat deze iets van me wilde. Steeds hipte hij naar me toe en begon te piepen. Dan vloog ie weer terug naar zijn soortgenoten. Ton ik mijn hand naar hem uitstrekte, kreeg ik even het gevoel dat ie heel warm was. Natuurlijk vertoonde hij dit gedrag niet toen de verzorger erbij kwam. Roodstaarten heten deze vogels. Later zei Julian dat het vogeltje misschien dacht dat ik de taal der vogels machtig was.
Daarna heb ik nog in vele gangen gelopen waar volgens mij nooit iemand kwam (later hoorde ik dat er inderdaad gedeeltes zijn in het paleis waar nooit iemand komt) en ben ik op een vreemde stijl zitbank in slaap gevallen.

De volgende dag werd ik uitgerust weer wakker en kon ik zonder problemen de eetzaal vinden. Ook Rexenor en Ronardo waren aanwezig, evenals Moira en nog wat mensen die ik niet kende. Zo was er een meisje met een zeer hoogduits uiterlijk, dat de dochter bleek te zijn van de ambassadeur van Argon. Hannelore heet ze geloof ik.

Uit de kamer naast de eetzaal klonk het geluid van ruziënde stemmen. Een stem die ik niet kende was aan het uitvaren over het feit dat ‘ze dachten dat ze hier alles konden maken’. Er was ook de stem van een vrouw te horen die ik niet eerder had gehoord.

Meer familieleden dus. Want ze kwamen de kamer uitzetten. Een kerel in het zwart gekleed, op de voet gevolgd door Julian, gekleed in een witte rusting en een ietwat geïrriteerde uitdrukking op zijn gezicht. Daarachter Random, onverschillige houding, handen in de zakken. Al die grote kerels werden opzij geduwd door een kleine vrouw in groene kleding.

Alle andere aanwezigen verlieten haastig de eetzaal. Waarom eigenlijk? Alleen Moira bleef zitten en volgde met belangstelling de verdere ontwikkelingen. Oh ja, Ronardo, Rexenor en ik bleven er ook bij.

Het kleine vrouwtje rende enthousiast op ons af: “Hallo, ik ben jullie tante Flora!” De mannen kregen een echte tantezoen, tegen mij riep ze enthousiast dat het hoog tijd was dat er eens wat meer vrouwen waren in deze mannenfamilie. Toen vond de man in het zwart blijkbaar dat hij zich eens moest voorstellen. Corwin. Tegen mij zei hij in het Engels:
“Hou jij ook van jagen? Dat is een hobby die Julian en ik delen.”

Klap! Dat was het dus. Ik probeerde me zoveel mogelijk op de vlakte te houden, maar innerlijk was ik onderste boven. Wat was nu waar?
Het viel me op dat Corwin probeerde om Julian uit de buurt te praten. Echt weg, bedoel ik, hij moest maar eens naar zijn legers. Julian zag echter de noodzaak daar niet van.

Het plan van Random, het hengelen in de Abyss, werd compleet neergesabeld. Random hield echter voet bij stuk en het uiteindelijke resultaat was dat dit een soort van familiepicknic zou gaan worden. Flora zou zorgen voor een picknicmand, Corwin zou meegaan (vond Random) en Moira wilde graag mee, nee, ze was echt niet nodig in Rebma, antwoordde ze op Flora’s vraag.
Interessante informatie was dat Corwin een juweel had waarmee hij een patroon had kunnen maken.

Iedereen ging daarna zijn eigen weg. Nadat ik klaar was met ontbijten ging ik op zoek naar Julian. Wat ik had geprobeerd te vermijden gebeurde toch, ik kwam Corwin tegen die met me wilde praten. Goed, om een lang verhaal kort te maken… hij zou mijn vader kunnen zijn. Indertijd zou mijn moeder nogal eenzaam, populair en aantrekkelijk zijn geweest… Huh, het mocht wat.
Nu mocht Corwin Julian echter wel, vroeger niet. Het heeft lang geduurd eer Corwin erachter kwam dat Julian aan dezelfde kant stond als hij.

Daarna vervolgde ik mijn weg naar de stallen, waar ik inderdaad Julian vond. En deze heeft me geholpen het patroon te lopen. Corwin wilde dat trouwens ook, maar ik had besloten om me door Julian te laten helpen. Tenslotte was hij eerst. Dat leek Corwin trouwens het meest dwars te zitten, het feit dat Random had aangenomen dat Julian mijn vader was en er niet aan gedacht had om hem, Corwin ook in te lichten. Nu had hij alle informatie op een andere manier gekregen.

Fillipien is niet meegegaan door het patroon. Nadat ik het had gelopen voelde ik dat er iets veranderd was in mij.

Tijdens de urenlange tocht vanuit de kelder naar boven vertelde Julian wat ik moest weten: vanaf nu kan ik reizen door schaduwen. Dat kan ik bereiken door flink te bewegen (beste met een paard). Vanuit Amber is het erg moeilijk, maar via Arden gaat het wel. Je moet bedenken waar je heen wilt (iets bekends is dan het beste). Als je weet wat je wilt, moet je kleine dingen gaan veranderen, zie het als een verschuiving in je hoofd. Die dingen moet je veranderen terwijl je rijdt en het kost tijd om dat te doen.
De schaduw van mijn thuiswereld is nu vaster doordat ik het patroon heb gelopen en ik zou dat nog vaster kunnen maken.
Ook ben ik nu beter beschermd tegen geestelijke beïnvloeding: ik moet me dan het patroon voor de geest halen. Dat zit in me en zal er niet meer uit gaan. Oh ja, lui die de Logrus hebben gelopen zal ik nu ook herkennen: die stinken.

Wie is mijn vader? Wie wil ik dat het is? Julian houdt van jagen, van valken, paarden en honden. Ik ook. Verder is het niet bepaald een sociaal iemand. Ik ook niet. Corwin houdt van jagen en paarden en archeologie. Ik ook. Verder komt hij tamelijk flamboyant op me over, iets wat ik totaal mis. En beiden kunnen goed vechten. Ik niet en hou er ook niet van.
Maar ja, je lijkt nooit voor 100% op één ouder. Sterker nog, zelfs niet op beide ouders. Heel veel eigenschappen die in de familie rondwaren kun je ook nog erven. En hoe dan ook, de heren zijn allebei familie. Net als mijn moeder en haar familie. Mijn moeder houdt ook niet van vechten.

No comments: